Neem gerust contact met ons op om thuis
met u de mogelijkheden door te nemen.

hulp bij dementie

10 redenen waarom iemand met dementie eigenlijk zegt dat hij naar huis wil

Hulp bij dementie

Dementie is vaak een moeilijk te accepteren ziekte door zowel naasten als de cliënt zelf. Ogenschijnlijk lijkt er namelijk niets aan de hand te zijn met de betreffende persoon.

Dikwijls wordt pas duidelijk hoeveel een echtgenoot overnam van een dementerende partner als de echtgenoot plots niet meer in staat is hulp te verlenen. Mensen die lijden aan dementie kunnen de neiging hebben hun gedrag te verbergen of zich zelfstandiger voor te doen dan ze werkelijk zijn.
Familie of buren zijn dan vaak degenen die opmerken dat vertrouwde handelingen niet meer zo eenvoudig zijn als dat ze vroeger waren. Het accepteren van de zorg heeft veel tijd en aandacht nodig aangezien de cliënt zichzelf doorgaans niet ziek vindt of voelt. De verhoudingen tussen ouders en kinderen veranderen. Kinderen nemen in het begin enkele verzorgende taken van ouders over. 
 

"Ik wil naar huis"


is een van de meest hartverscheurende en confronterende zinnen die mensen met dementie tegen hun verzorgers zeggen. Niet altijd is deze uitdrukking letterlijk te nemen. In sommige gevallen bevinden mensen zich namelijk al in het eigen huis, maar wordt dit niet meer als zodanig herkend. De betekenis achter die uitdrukking is bijna altijd logisch. Mensen die lijden aan dementie kunnen moeite krijgen in het vinden van de juiste woorden voor wat ze willen zeggen. Ze kunnen lijden aan afasie. 

Afasie is een taalstoornis. Geen twee mensen met afasie zijn precies gelijk, afasie is bij iedereen anders. De ernst en omvang van afasie zijn onder andere afhankelijk van de plaats en de ernst van het hersenletsel, het vroegere taalvermogen en iemands persoonlijkheid. Sommige mensen met afasie kunnen wel goed taal begrijpen, maar hebben moeite met het vinden van de juiste woorden of met het bouwen van zinnen. Anderen spreken juist wel veel, maar wat zij zeggen is voor de gesprekspartner niet of moeilijk te begrijpen; deze mensen hebben vaak grote problemen met het begrijpen van taal. Het taalvermogen van de meeste mensen met afasie bevindt zich ergens tussen deze twee uitersten. 

Voor mensen van wie de vocabulaire is verslechterd, is thuis een woord dat staat voor een omgeving

  • waar we ons prettig voelen
  • waar onze behoeften worden vervuld
  • waar we geliefd zijn.

 

Het zinnetje 'Ik wil naar huis' kan 10 mogelijke onvervulde behoeften schetsten

Als iemand zegt: "Ik wil naar huis", bedoelt men misschien

  • Ik heb het te warm of te koud
  • Ik heb heb honger of dorst
  • Ik moet naar het toilet
  • Ik ben moe en heb een plek nodig om te rusten.
  • Ik heb te weinig licht om duidelijk te zien  
  • Ik heb last van gepraat of muziek
  • Ben gestoord door te veel prikkels van de omgeving
  • Ik voel me onveilig
  • Ik heb een omarming of geruststelling nodig
  • Ik voel me niet op mijn plek of geaccepteerd zoals ik ben. 

 

Deze meeste van deze klachten zijn met een beetje liefde en verbeeldingskracht op te lossen. De kans is groot dat als je de tien behoeftes afloopt, je gaanderweg merkt dat de laatste behoeftes zichzelf oplossen. Inlevingsvermogen en empathie zijn hierbij noodzakelijk. Als een zorgverlener begint te dansen met een persoon die eigenlijk graag rust wil en wil gaan zitten ontbreekt het hier aan de juiste voelsprieten. Soms is het als verzorger ook iets dat tijd nodig heeft, indien men een persoon wat langer kent is het vaak makkelijker om aan te voelen wat deze persoonprecies bedoeld. 

 

Meer informatie over hulp bij dementie