De griepepidemie in Nederland zet stevig door. In week 4 van 2018 rapporteerden peilstations eerste lijn 165 mensen met influenza-achtige ziekte op de 100.000 inwoners. Dat is voor de zevende achtereenvolgende week boven de epidemische grens van 51 per 100.000 en meer dan in de piekweek van de afgelopen 3 seizoenen.

We spreken van een griepepidemie als de eerste lijn twee weken achter elkaar meer dan 51 op de 100.000 mensen met griepachtige klachten rapporteren en virologisch onderzoek het virus aantoont in neus- en keelmonsters. 

De huisartsen zien relatief veel jonge kinderen (0-4 jaar), maar ook een toenemend aantal schoolkinderen en volwassenen. Dit is de 6de week boven de epidemische grens van 51mensen met griepklachten per 100.000.

Er is reeds zes weken een griepepidemie in Nederland en het aantal patiënten dat met griep de huisarts bezocht in de derde week van 2018 was weer groter dan in de voorafgaande weken. In week 3 van 2018 waren dat 105 mensen met influenza-achtige ziekte op de 100.000 inwoners.

Virusvarianten

Elke week worden er neus- en keel monsters van patiënten met influenza-achtige ziekte vanuit de huisartsenpraktijken getest op influenzavirussen. Influenzavirussen worden onderverdeeld in subtypen A en B en ook deze kennen weer subtypen.

Dit jaar wordt er naast influenza B Yamagata in een toenemend percentage van de monsters influenzavirus A(H3N2) gevonden, de virusvariant die ook vorig jaar de epidemie veroorzaakte en een groot aantal ouderen ziek maakte. In de derde week van 2018 werd in 65% van de neus- en keelmonsters van patiënten met griepachtige klachten influenzavirus gevonden; 56% influenza B Yamagata, 6% influenzavirus A(H3N2) en 3% influenzavirus A(H1N1)pdm09.