Neem gerust contact met ons op om thuis
met u de mogelijkheden door te nemen.

Wet zorg en dwang, hulp bij dementie

 

De Eerste Kamer heeft op 15 en 16 januari het wetsvoorstel Zorg en Dwang besproken. Dinsdag 23 januari wordt erover gestemd. Het ziet ernaar uit dat er voldoende steun is in de Eerste Kamer. De wet Zorg en Dwang gaat dan op 1 januari 2020 in. De wet geldt niet alleen in instellingen, maar bijvoorbeeld ook in de thuiszorg of in kleinschalige woonvormen. Er kan sprake zijn van een onvrijwillige opname of behandeling indien iemand een gevaar is voor zichzelf of voor anderen. Indien iemand bijvoorbeeld lijdt aan dementie maar geen ziekte inzicht heeft kan het voorkomen dat deze persoon zelfzorg tekort heeft. 

 

Onvrijwillige zorg: nee, tenzij…

Het uitgangspunt van de Wet Zorg en Dwang is 'Nee, tenzij'. Dat wil zeggen dat vrijheidsbeperking, of 'onvrijwillige zorg' zoals het in deze wet heet, in principe niet mag worden toegepast, tenzij er sprake is van ernstig nadeel. De wet benadrukt dat onvrijwillige zorg een allerlaatste optie is. De Wet Zorg en Dwang gaat uit van een getrapt zorgmodel. Als het niet lukt om een vrijwillig alternatief te vinden voor de onvrijwillige zorg, wordt er steeds meer (externe) deskundigheid ingeschakeld om mee te denken. Deze nieuwe wet vervangt de huidige Wet Bopz.

Onder onvrijwillige zorg kan worden verstaan: 

zorg waartegen de cliënt of zijn vertegenwoordiger zich verzet en die bestaat uit:

  • het toedienen van vocht, voeding en medicatie, en medische controles/handelingen;
  • toezicht houden op de cliënt;
  • onderzoek aan de kleding of het lichaam;
  • onderzoek van de woon- of verblijfsruimte op middelen die het gedrag beïnvloeden en op gevaarlijke voorwerpen;
  • controleren op de aanwezigheid van middelen die het gedrag beïnvloeden;
  • beperkingen in de vrijheid om het eigen leven in te richten, waardoor de cliënt iets moet doen of nalaten (inclusief het gebruik van communicatiemiddelen);
  • beperkingen in het recht op het ontvangen van bezoek.

 

Wet gaat niet eerder dan 1 januari 2020 in.

Tijdens het debat met minister De Jonge,  Ministerie Volksgezondheid Welzijn en Sport leken de plannen op voldoende steun te kunnen rekenen. Senatoren waren tevreden met het feit dat het veld langer de tijd krijgt voor de implementatie van de Wet Zorg en Dwang en de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg. Die worden niet in 2019 maar in 2020 van kracht. Bovendien konden de bewindslieden de meeste zorgen wegnemen over het bewaken van de privacy van de patiënt enerzijds en het waarborgen van de veiligheid op straat anderzijds. Dit deden zij onder andere door een gedegen evaluatie van de uitvoering te beloven en vast te stellen dat er via Algemene maatregelen van bestuur ruimte is voor aanpassingen indien nodig.

Stappenplan

De Wet Zorg en Dwang beschermt cliënten tegen onvrijwillige zorg met een stappenplan waarin zorgverleners alle mogelijkheden voor vrijwillige zorg in beeld brengen. Dit stappenplan is nog niet definitief. Een definitieve versie verschijnt in januari 2018. Let op: Het stappenplan kan je wel nu al helpen om het proces zorgvuldig aan te pakken, maar het is nog niet verplicht om helemaal zo te werken.

Drie samenhangende wetten

De Eerste Kamer debatteerde met de ministers Hugo de Jonge (VWS), Sander Dekker (Rechtsbescherming) en staatssecretaris Paul Blokhuis (VWS) over drie wetsvoorstellen: de Wet Zorg en Dwang voor psychogeriatrische en verstandelijk gehandicapte cliënten, de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg en de Wet forensische zorg. De Eerste Kamer behandelde de drie genoemde wetsvoorstellen gezamenlijk vanwege de nauwe onderlinge verwevenheid.

Meer informatie over hulp bij dementie